Systemisch TransitieManagment(S-TM) van Plan B uit 2012, is een model gebaseerd op Bridges’s Transition Model en Systeem theorie aangevuld met een aantal veranderprincipes. Het is een mooie mix van wat er bekend is over veranderen aangevuld met de ervaringen van bedenkers of uitvinders zoals ze zichzelf noemen Maaike Thiecke en Bianca van Leeuwen.

Uitgangspunten

  • Bridges, W. & Bridges, S. (1990) Managing Transitions: Veranderen, van benaderd worden vanuit een boven- en een onderstroom. De bovenstroom is de situationele verandering en de onderstroom de psychologische transitie die iemand doormaakt. Elke stroom heeft zijn eigen karakteristieken en vereist een eigen benadering.
  • Heraclitus (~540 v.chr. – ~480 v.chr.): Veranderen is de regel(de enige constante).
  • Systeem gericht denken: Elk systeem is gericht op het behoud van de status quo. Benader het systeem niet het individu.
  • Veranderen doet pijn, accepteer dit, “gedoe” komt er toch wel.

De psychologische transitie verloopt in fasen en is dus te voorspellen en te managen. Systemen, dus ook organisaties, hebben altijd dezelfde reactie op een verandering: zo snel mogelijk terug naar de oude situatie. De reactie van een organisatie op een verandering valt dus te zien als symptoom van een systeem onder druk.

Plan B 2012

Systemisch TransitieManagement gaat voornamelijk over de onderstroom, de psychologische transitie bij verandering en vult het model van Bridges aan met een aantal extra fases. T-SM voegt urgentie toe alhoewel Bridges het ook heeft over verandernoodzaak als voorwaarde maar daar geen fase voor definieert. En T-SM splitst de Neutrale Zone op in het niet weten en creatie. Daar ben ik wel van gecharmeerd omdat het iets toevoegd en daar bij ook beter aansluit op andere modellen zoals de Kübler-Ross Change Curve.

  1. Urgentie (S-TM)
  2. Loslaten (Bridges – Endings)
  3. Niet weten (S-TM vanuit Bridges – Neutral Zone)
  4. Creatie (S-TM vanuit Bridges – Neutral Zone)
  5. Nieuw begin (Bridges – New beginnings)

Mocht je meer willen weten over deze fases en hoe hiermee om te gaan dan verwijs ik graag naar artikelen op deze site over Bridges’s Transition Model en de Kübler-Ross Change Curve.

Emotiemanagement

S-TM gebruikt de term emotiemanagement als middel om regie te voeren over de onderstroom bij organisatie verandering en benoemt emoties als de drijfveer achter elke verandering. Ze gebruiken hiervoor het model van de olifant en de berijder, Heath, C. & Heath, D (2010) Switch. Waarbij de rationele(cortex) bereider als stuur van de verandering en de emotionele (limbische) olifant als motor van verandering.

​​Maak de olifant wakker

Om een verandering sneller to stand te brengen moet het limbisch systeem worden gealarmeerd. Het veranderverhaal is hier belangrijk, er is een gevoel van urgentie nodig om de olifant in beweging te krijgen. De olifant kom pas in beweging als het echt moet. ​

  • Geef inzicht in hoe de organisatie, het team of het individu het doet. Haal klant feedback op, maak kwaliteit, productiviteit inzichtelijk het liefst zo concreet mogelijk.
  • Maak nut en noodzaak van de verandering helder. Moeten we veranderen? Waarom? mensen willen met hun hoofd(cortex) begrijpen en met hun hart(limbisch) voelen.
  • Benoem niet alleen de positieve kant maar maak wat er moet worden losgelaten. Iets afpakken ergens afscheid van moeten nemen brengt de olifant in beweging.

Voorkom overspannen berijders​​

De berijder wordt d​oodmoe van het beheersen van een olifant die onrustig of in paniek is en dit kan een persoon of een organisatie helemaal uitputten. Probeer de olifant te kalmeren.

  1. Erken de gevoelens van de olifant en erken iemands frustratie of onzekerheid. Het is een logische gevolg en daardoor oké om je zo te voelen. Hoe meer iemand zich verzet tegen zijn of haar gevoelens des te sterker ze worden.
  2. Stop interventies in de bovenstroom zoals trainingen, functieprofielen, werkprocessen zelfs als de medewerkers daarom blijven vragen. Hiermee put je de berijder uit.
  3. Bezorg de olifant kleine geluksmomentjes om hem te kalmeren, hierdoor neem je onzekerheid over de verandering weg, ontstaan er nieuwe routines die geven de berijder rust.